Eerste landdieren ontwikkelden hun achterpootjes in het water
Eerste landdieren ontwikkelden hun achterpootjes in het water
Geschreven door:
Hans Kruit, 15 januari 2014
Waar ontwikkelden de eerste landdieren hun achterpootjes? Deden ze dat zodra ze op het land kwamen? Of begon dat al in het water? Een nieuw onderzoek suggereert het laatste.
Het leven ontstond in het water. Een aantal ambitieuze gewervelden verliet dat water op een gegeven moment en evolueerde tot landdieren. Het lijkt een duidelijk verhaal. Maar toch hebben onderzoekers nog heel wat vragen als het gaat om de overgang van water naar land. Eén van die vragen luidt: wanneer ontwikkelden deze organismen de achterpootjes die ze op het land zo goed konden gebruiken? Ontwikkelden ze die toen ze eenmaal op het land waren? Of werd er al in het water aan gewerkt?
Tiktaalik
Wetenschappers denken die vraag nu te kunnen beantwoorden. Ze ontdekten namelijk een uitstekend bewaard gebleven bekken en gedeeltelijke achtervin van Tiktaalik roseae. Dit is een zogenoemde overgangssoort die tussen de vissen en eerste dieren met pootjes inzit. T. roseae leefde zo’n 375 miljoen jaar geleden.
LONGVISSEN
Het idee dat vissen kunnen lopen, is niet helemaal nieuw. In 2011 ontdekten onderzoekers nog dat de longvis een prima wandelaar is.
Bekkengordel
De bekkengordel van T. roseae lijkt opvallend genoeg veel gemeen te hebben met dat van de eerste viervoeters. “Ze lijken de vin gebruikt te hebben op een manier die doet denken aan de manier waarop een been wordt gebruikt,” stelt onderzoeker Edward Daeschler.
Het bekken van T. roseae is duidelijk visachtig, maar de grootte, beweeglijkheid en stevigheid van de bekkengordel, het heupgewricht en de vin wijzen erop dat de vis hier heel veel mee kon. “Het is heel redelijk om aan te nemen dat Tiktaalik deze grote vinstralen gebruikte om te zwemmen. Maar het is mogelijk dat deze er ook mee kon lopen.” Ongeacht of T. roseae nu zwom of liep: de aanpassingen die nodig waren om te wandelen, lijken al in het water begonnen te zijn.
Eerdere theorieën – gebaseerd op het beste bewijs dat tot op heden voorhanden was – suggereerden dat vissen zich voortbewogen met behulp van hun voorste vinnen, terwijl de dieren op het land een manier ontwikkelden om zich met vier pootjes aan te drijven. Deze ontdekking wijst er echter op dat die verandering al plaatsvond in het water en niet pas op het land.
bron: Nu.nl
Wilt u nog meer blogberichten lezen? Ga dan naar de pagina Nieuws.